zondag 8 april 2007

B. 7 april Bangkok
Nog één bijzonderheid op Koh Payam. Vlak bij ons hotel was een nest van een Hornbill in een boom. Het schijnt bijzonder te zijn dat je een nest vind. Het vrouwtje gaat op de eitjes zit in een gat in een boom. Dat gat metselen ze bijna dicht zodat alleen de snavel nog naar buiten kan. Door dit gat kan het mannetje een paar keer per dag voedselgeven. Hierdoor hebben we het nest ontdekt. Het zit er nu bijna op. Morgenavond vliegen we terug en we komen maandagochtend op Claartjes verjaardag thuis. Voor stadsmensen als wij is Bangkok, ondanks dat het eigenlijk een oerlelijke stad is, toch wel een verademing na zoveel eilanden en bamboe bungalowtjes. Goed hotel, mensen verstaan hun vak en spreken engels (“No have, Same Same, Hé mister, Where you from, Sorry” waren de meest gebruikte engelse woorden op de eilanden), je krijgt wat je bestelt, veel keuzemogelijkheden, drukte, muziek en heel veel winkels. Vanuit Ranong zijn we met de vipbus naar Bangkok gereden. Dit ging prima. Eerst wilden we niet ’s nachts rijden omdat we dachten dat de kinderen dan helemaal kapot zouden zijn en twee dagen moeten bijkomen. Maar 24 ligstoelen in een touringcar, pyjama’s aan, stoel plat, dekentje erover. Om 20 uur reden we weg, 20.30 sliepen ze. 5.15 uur werden ze wakker, om half 6 waren we in Bangkok. Ons hotel Capehouse is eigenlijk een serviced apartementencomplex dat ook voor kortere termijn verhuurt. Het is echt helemaal goed. We zitten midden tussen de shoppingmalls, de kamer is iets van 30 vierkante meter met keuken, er is een lekker zwembad met fitness waar we tegenwoordig gebruik van maken (geloof het of niet maar Bob zit weer ruim onder de 80 kg; van 86 naar 78 zonder te lijnen), ’s Ochtend hangt er een krantje aan de deur en het personeel begrijpt precies wat ze moeten doen. Het is 21.45 uur, de kinderen proberen te slapen en Claartje krijgt haar laatste massage. Dat is nodig omdat er gewinkeld en gescored moet worden. Het is best zwaar voor Claartje. Als ik met de kinderen in het zwembad lig, probeert zij in één keer haar zomergarderobe te regelen. De winkels zijn hier zo enorm (10 keer de Bijenkorf) dat het bijna teveel is. Nou nog één dag. We zijn trouwens ook nog 2 uurtjes in het Grand Palace geweest. Dit was mooi met heel veel goud.

Tijd voor een slotverklaring van 3 maanden Thailand

C: Ik heb net de beste massage van Thailand gekregen. Oke, tijd voor de slotverklaring:
Drie maanden Thailand betekent drie maanden geen stress, geen haast, veel tijd voor elkaar, soms iets te veel op elkaars lip. We hebben veel met de kinderen kunnen doen. Ik denk dat ze door deze drie maanden wat stoerder zijn geworden: makkelijker slapen op vreemde plekken niet eng om vreemde dingen te proeven, leuk om in het Èngels te bestellen, gezellig als onbekenden met je praten en je optillen, en veel duiken en springen in het water. Marie en Jan hebben ontzettend veel lol met elkaar gemaakt. Ze horen nu nog meer bij elkaar dan hiervoor.

Alles kan in dit land, maakt niet uit op welk tijdstip. Mensen doen niet moeilijk en zijn meestal vriendelijk. Geen agressie, geen gehaaid gedrag. We hebben .ons regelmatig verbaasd om de naiviteit en achterlijkheid van de Thai. Je ziet hier nauwelijks ambitie om er meer van te maken.

Ik vind het heerlijk dat we de winter dit keer hebben overgeslagen. Tegelijkertijd is weer heel duidelijk geworden dat Amsterdam een fijne plek is om te wonen, dat we best wel stadsmensen zijn, dat we van werken en actie houden.

B. 8 april
Drie maanden Thailand is goed bevallen. Het oorspronkelijke plan was om 3 maanden in een huis in de zon te gaan zitten op Bali. Dit ging niet door ivm het regenseizoen. In Thailand hebben we vaker van plek gewisseld en toch hebben we vrijwel niets gedaan behalve aan het strand liggen en een beetje duiken. Het is dus gelukt om te ontspannen zonder ons te vervelen. Ik moet toegeven dat we aan het eind op Koh Payam wel een beetje klaar waren met het strand en met niets doen. Je hoofd zit dan al regeltmatig in Amsterdam en het eiland was niet heel erg bijzonder. We zijn niet verliefd geworden op Thailand, maar hebben het wel heel fijn gehad.
Het is hier trouwens niet zo dat ieder plekje aan zee een tropisch paradijs is. Bij de meeste eilanden kan je niet goed snorkelen en bij de bekende mooie plekken zoals Phi Phi is het een gekkenhuis. Je moet dus echt wel je best doen om de mooie plekjes te vinden. Ik vind dat we dat goed hebben gedaan. Voor mij is Koh Lipe favoriet. Prachtige witte stranden, koraal voor de deur, levendigheid met heel veel longtail bootjes, barretjes, lekker eten en zeker niet overontwikkelt met Centerparcsachtige resorts.

We gaan weer naar huis en hebben er zin in.

vrijdag 30 maart 2007

C: zaterdag 24 maart Koh Phayam

We zijn een paar dagen geleden met de trein van Trang naar Chumphon gegaan. Altijd leuk met de trein in het buitenland. We zaten tweede klas, boven onze hoofden draaiden de ventilatoren. De trein maakte een herrie van jewelste. Achter ons was de restauratie waar lekker werd gekookt en plaatjes werden gedraaid. Dat zou de NS toch ook moeten invoeren. Het was een boemel die om de paar kilometer stopte. ’s Avonds hebben we een hotel gepakt. De prijzen zijn hier een stuk lager dan in het zuiden. De dag erna zijn we met een busje naar Ranong gebracht. Marie en Jan zijn goed in reizen. Ze vinden het prachtig. Ranong is een levendig stadje met een hoop schoenenwinkels. Marie heeft een paar mierzoete glazen glittermuiltjes uit mogen kiezen. Er wonen hier veel Birmezen, dat zie je vooral aan de extreem magere gezichten en de krijtstrepen op hun gezicht.

We gaan naar Koh Phayam, in de boeken aangekondigd als een levendig eiland met witte stranden en veel snorkelplekken. Terwijl we ’s ochtends in het hotel wachten op een taxi die niet komt, besluiten we om de bus te nemen in de hoop dat we de boot nog kunnen halen. Het wordt krap, zeker omdat de bus niet harder gaat dan 40 km per uur en een flinke omweg maakt. Bezweet komen we aan bij een chaotisch haventje, waar blijkt dat het zo’n vaart niet zal lopen met het vertrek. Op de boot ontmoeten we twee Nederlanders, Steven en Marloes die al twee jaar aan het fietsen zijn, van Groningen tot hier. Ze hebben er nu 23.000 km op zitten. Ik vind het erg stoer wat ze doen. Veel fietsen, maar ook 5 maanden helpen op een school in Nepal. Nu zijn ze onderweg naar Australie waar ze ook een paar maanden gaan werken. Het is leuk om hun verhalen te horen. Als je bang bent van honden moet je niet in Turkije gaan fietsen. Ze hangen bijna aan je kuiten. Terwijl ik af en toe zin heb in een Nederlandse krant, zijn zij dat na verloop van tijd helemaal kwijt geraakt. Op het eiland aangekomen worden we met de brommer naar het resort gebracht. Het ziet er allemaal lief uit, maar de uiterst vriendelijke eigenaren zitten ons na een paar uur al iets te dicht op de huid. De hutjes zijn zo klein dat we ons opsplitsen in een mannen en een vrouwendeel. Wel heel knus, alleen met Marie in zo’n hutje. Bob haalt nog even een slechte grap met me uit. “Kijk eens wat voor kikker er net in ons huisje zat?” Hij geeft me de camera en ik ga door wat foto’s heen. Ik verwacht wat plaatjes van een bijzondere kikker en die krijg ik ook, maar opeens krijg ik een foto met een joekel van een spin, zo groot als een forse badkamertegel! Dan ben je tenminste voorbereid, denkt Bob en hij vertelt er levendig bij hoe je het beest met een teenslipper dood kunt maken en ja, dat kraakt natuurlijk wel, maar er zitten geen haren op z’n poten. Dat scheelt weer in de beleving. Jan valt languit van de trap en heeft z’n lippen tijdelijk een andere vorm gegeven. Bob wil gaan hardlopen, maar wordt achterna gezeten door honden. We komen in contact met een man die een duikschool heeft. We besluiten om 3 dagen op een boot te varen en verschillende duiken te gaan maken die erg spectaculair zijn: met haaien, zeepaardjes, schildpadden en nog meer fraais. Dat gaan we 26 maart doen.

Sinds gisteren zijn we van resort veranderd. We zitten nu in een mooie grotere bamboe bungalow aan de andere kant van het eiland. De eigenaren zijn een franse man en een thaise vrouw. Het barst hier meteen van de fransen. Er lopen hier wat meer kinderen rond en er ligt ook interessant speelgoed. Het strand is hier veel weidser en de zee geeft waanzinnige golven. Ik ga er even niet in omdat ik me heb gebrand aan de uitlaat van een brommer, maar Jan, Marie en Bob duiken er lekker in. Ik heb me best stevig gebrand aan die uitlaat, maar Gilles de eigenaar gaf me een stuk van de aloe vera plant en dat helpt waanzinnig goed. Een spaanse dame gaf me de tip om er overheen te plassen, maar dat heb ik niet geprobeerd.

B. 28 maart Koh Payam
Ik ben vandaag midden op de oceaan 40 jaar geworden tijdens ons 3 daagse liveaboard duiktrip op de Surin Islands Archeopology . Dit is de eerste keer dat ik jarig ben en denk “jeetje”. Marie en Claartje hadden mijn verjaardig voorbereid en het moest geheim blijven. Marie vond dit heel moeilijk en gisteren is ze echt ontploft.Ze kwam naar me toe en vroeg “Papa, zal ik je een geheim vertellen? Nee, doe dat maar niet Marie. Mama en ik hebben voor je verjaardig een beetje taart en een beetje vuurwerk gekocht. Na 3 dagen geheimhouding kon ze het niet meer ophouden. Daarna besefte ze dat dit niet de bedoeling was en vroeg ze mee het geheimpje weer te vergeten. Dat heb ik beloofd en vervolgens heeft ze minimaal 15 keer gevraagd of ik het geheim al vergeten was. Hetwas echt heel leuk om mee te maken.

De duiktrip was een hele goede vakantie in de vakantie. Met ongeveer 10 duikers, 3 gidsen, 5 verzorgers van de voorzieningen 3 dagen op een boot en 9 duiken. Wij hebben er wat minder gedaan om dat we om en om duiken ivm de kinderen. Een paar prachtige duiken o.a bij Richelieu Rock. Dit is de plek waar je grote Mantaroggen van 5 meter en Sharkwhales van 10 meter tegen kunt komen. Die hebben we helaas niet gezien, maar toch was het goed. Zo’n live aboard trip betekent slapen, eten, duiken, drinken, slapen, eten etc. Je wordt helemaal in de watten gelegd door de bemanning. Nog nooit zo’n goede service gehad. Vooral van Marie die na iedere duik klaar stond met een handdoekje.
De kinderen hadden het snel naar hun zin op de boot. Een beetje rondjes rennen, kleuren, TV kijken en iederen heeft wel even tijd voor ze. Vooral de familie van de kapitein met vrouw en 2 puberende dcohters (die voor één keer mee waren) konden niet van de kinderen afblijven. Je vond het prima om zijn haar te laten kammen als ie in ruil daarvoor achter het stuur mocht zitten. Marie vind het altijd fijn als anderen aan haar haren zitten.
Onze gids was Danny. Danny is een klein kaal eng mannetjes van 56 jaar, is opgegroeid in Birma, heeft 35 jaar in de US gewerkt, heeft daar 2 vrouwen versleten, is zwaar van de kerk, beweert dat ie mensen beter maakt door ze aan te raken en voor ze te bidden en is 2 maanden geleden getrouwd met een kersverse bruid van 16 jaar die niet kan lezen en schrijven. Toen Claartje vroeg of hij haar ging leren lezen, vond ie dat een goed idee. Dan kan ze de Bijbel lezen. Ik was niet echt een loveduo met Danny en ben vervolgens maar met John meegegaan. John is een braziliaanse zwitser (gevolg van een one-night stand van moeders) van 33 die al 9 jaar in Thailand rondhangt en al 5 jaar niet meer in Zwitserland is geweest. John houd vooral van bier drinken en roken en is ontzettend gezellig en creatief. Zijn drijvende bar die hij van Bamboe en touw had gemaakt en die van plek kan wisselen is door de Tsunami niet gelukt. Hij vind het fantastisch om rijstwijn te maken. Dat betekent dat je speciale rijst in een hangmat gooit, je wacht tot het gaat regenen en in het nat dat door de hangmat sijpelt zit alcohol. Dit drink je dan meteen op. Dit heeft ie ook een half jaar gedaan bij de Banana coconut bar op Koh Chang. Nu heeft ie een restaurant in Ranong dat gesloten is omdat ie een Amerikaan geslagen heeft. Met John konden we wel goed opschieten.
We zitten nu weer in het zelfde resort op Koh Payam. We doen niet zo veel en het is behoorlijk warm. Ik denk meer dan 35 graden in de middag en 30 ’s nachts. Schelpen zoeken en body boarden met Marie, boekjes lezen, naar het restaurant met Jan waar een fiets en een auto staan die hij mag lenen. Ik begin weer aan Nederland te denken en heb zin om de boel weer op te pakken. Vooral omdat ik nog niet weet wat.

C: 31 maart ’07
De boottrip was inderdaad ontzettend leuk. We hadden ook geluk met de andere duikers, het was een gezellige groep. Vanaf de boot heb ik een stevige walvis gezien, machtig gezicht. Na het duiken stond Marie ons op te wachten met een handdoek om je lekker op te warmen en in de watten te leggen. Heerlijk! Het kan soms best koud zijn onder water. Ik heb een grote sting ray gezien, prachtig koraal, mooie kleine vissen en een witte kreeft. Vast nog veel meer, maar ik weet niet hoe alle dieren heten.

We gaan over 4 dagen naar Bankok, eerst met de boot daarna pakken we de nachtbus. Dan blijven we in het hotel met zwembad en gaan ons helemaal te barsten shoppen.

zaterdag 17 maart 2007

C: 9 maart, laatste avond Koh Lipe
Morgenvroeg gaan we met de speedboot naar een ander duik-, snorkel- en visparadijs. Het heet Koh Bulone voor de kenners. We zullen dit lekkere luxe huis hier nog wel gaan missen denk ik. Gisteren heb ik weer twee duiken gemaakt waarvan nummer 2 echt spectaculair was. Eerst weer een uurtje met de boot erop uit en onderweg wat gekletst met Duitsers, Zweden en Kiwi’s (zoals ze zelf zeggen). Bij beide duiken matig zicht. Tijdens de eerste duik onder andere een schorpioenvis gezien (kind, wat ben jij lelijk!). Ook veel helderblauwe bolvormige planten met aan de uiteinden van de sprieten wit met zwarte puntjes, alsof honderen ogen je tegelijk aan zitten te kijken. Dan de tweede duik: er was zo veel stroming dat je met je vinnen alleen wat bij kon sturen, meer niet. We moesten allemaal strak achter de instructeur blijven. Het leek alsof ik in een zware sneeuwstorm aan het vliegen was. Af en toe moest je echt oppassen dat je niet tegen een rotswand werd gesmeten. Waarschijnlijk heb ik als een gek zitten ademen, want mijn fles was als eerste bijna leeg. Dat leverde nog een fijn misverstand op met de instructeur. We zaten niet helemaal op een lijn. Hij wilde dat ik met zijn extra regulator ging ademen en dat we dan nog even door konden duiken. Ik beschouw dat ding als iets voor noodsituaties en dacht: ‘ik ga gewoon naar boven, het is wel mooi geweest.’ Onze instructeursvriend Bob bleek toen iets minder ontspannen dan zijn outfit en tattoeages deden vermoeden. Maar hoe dan ook, ik vond duiken met zo’n pittige stroming wel gaaf om een keer gedaan te hebben.
We hebben op dit eiland fantastisch gegeten, bijna iedere avond verse vis op de barbecue. Je loopt naar een grote schaal met prachtige vissen en wijst aan welke je wilt eten. Voordat ze hem op de barbecue doen smeren ze er nog een sausje overheen, verrukkelijk. Vanavond heb ik geprobeerd te achterhalen wat dat is, maar ze willen me het recept niet prijsgeven of ze snappen niet wat ik vraag. Ik denk dat het een mix van limoenen, limoengras, peper, zout en knoflook is en misschien zit er ook nog wat kokos doorheen. Gaan we thuis zeker proberen. Over thuis gesproken: van onze buren links (Sigrid en Jeroen) vernomen dat het huis rechts van ons verkocht is. Ze gaan proberen te achterhalen wie onze nieuwe buren worden. Ik ben stiknieuwsgierig. Aangezien Sigrid en Jeroen per 1 april verhuizen (erg jammer), betekent het dat we aan beide kanten nieuwe buren krijgen. Links komt een Belgische jongeman te wonen en op rechts hoop ik op een ouder echtpaar dat dolgraag op Jan en Marie past.
Als we weer thuis zijn gaan we de hondeneigenaar Jan uit ons appartementengebouw vragen of hij Marie wil introduceren in de hondenwereld. De schat is momenteel niet zo goed met honden, terwijl er op de meeste eilanden flink wat rondlopen, los. Marie begint vaak keihard te gillen als er eentje aan komt lopen (formaat en uiterlijk maken niet uit), Jantje valt wat later in en Bob en ik proberen of de hond weg te jagen of Marie ervan te overtuigen dat het een lief onschuldig beest is. Dat moet beter kunnen.
Tussendoor nog even een ander gerecht dat ik niet wil vergeten voor Marie: dunne pannekoeken opgerold met fruit er in en er bovenop volle yoghurt met fruit en honing.

C: 12 maart laatste avond Koh Bulone
Na een snelle overtocht met een speedboot (dat zijn hier echt enorme snelheidskanonnen met 3 gigantische motoren) zijn we aangekomen op Koh Bulone. We hebben de eerste avond op dit eiland leuke Nederlanders ontmoet (Casey en Elly uit Zandvoort). Tot lekker laat zitten praten met Casey over van alles en nog wat. Zij zijn onderweg naar Bali, waar ze ieder jaar zo’n maand of drie naar toe gaan om verschillende projecten te leiden. Projecten voor onder andere gehandicapte kinderen. Grappig dat ik een goede vriendin van Elly ken via m’n werk in Amsterdam. Ik zal die collega vanavond een mailtje sturen. Ik heb zo’n vermoeden dat we hen nog wel eens zullen zien in Nederland. Eergisteren zagen we hier een grote groep jongens voetballen. Het verschil met een potje voetbal in Nederland is groot. Er wordt niet geroepen, geschreeuwd of gevloekt. Er is geen scheidsrechter. Het gaat er allemaal zachtaardig aan toe, terwijl er wel fanatiek wordt gespeeld. Ik denk dat we terug in Nederland best zullen schrikken van het snelle, gevatte, gehaaste gedoe. Dat had ik ook toen ik terug kwam na een week New York. Maar waarschijnlijk doen we na een paar dagen gewoon weer mee. Op het strand liggen grote omgewaaide bomen die zo uitgedroogd zijn, dat ze wel van zilver lijken. Ik vind het wel een kunstig plaatje opleveren, Bob is van mening dat ze die troep best even op hadden kunnen ruimen. Er woont hier een man die ons meteen aan Gerhard deed denken, de moderne Oosterijkse kolonist uit Koh Whai. Het lijkt wel of ieder eiland zijn eigen Gerhard heeft. Je haalt ze er zo uit. Het is zo’n type die ongevraagd achter de bar gaat staan en van alles pakt en steeds overzicht wil hebben over hetgeen er allemaal om hem heen gebeurt. Blijkbaar zit de drang om iets meer te doen er diep in bij ons. We begrijpen niet goed dat westerlingen die hier zo lang zijn en zoveel uren in een hangmat liggen niet op het idee komen om bijvoorbeeld engelse les te geven of het afvalprobleem eens aan te pakken of verzin het maar. Het eiland Koh Bulone is aardig, het huisje charmant en de eigenaren erg vriendelijk, maar al met al toch een tikje saai. Echt goed snorkelen of duiken is er niet bij, wel kanoen met de kinderen, dat was erg leuk. Na drie dagen hebben we het hier wel gezien. Morgen op naar Koh Sukorn met de longtail boot.

B. Zelfde avond.
Eventjes over mijn vis. Ben gaan vissen met een longtail boot en 2 vissers Mai en Chai. Tatoos, slecht Engels en Chao Lee vissen. Dat betekent aasvisjes vangen, haak door de rug en langzaam trollen. Precies hetzelfde als snoeken in Nederland. Volgens hen is dat veel effectiever dan kunstaas. Na 4 uur van plek naar plek gevaren te hebben nog niets. Wel een Marlin zien plonsen op zo’n 200 meter voor de boot (deze kunnen wel 400 kilo worden) en later nog een kleinere Marlin op zo’n 50 meter voor de boot een paar keer uit het water zien springen. Mai en Chai werden helemaal zenuwachtig, trokken mijn hengel uit mijn handen, deden er de grootste aasvis op en gingen als gekken rondjes varen. Dit werd niets en ik kreeg aardig het idee dat ik toch met een paar niet zulke goede vissers mee ben gegaan. Na nog een uurtje niets gevangen te hebben, zag ik in een mand een oude verroeste rappala liggen. Strategie veranderd. Aasvisje eraf, kunstaas erop en hard varen. Het is trouwens behoorlijk zwaar om de hengel vast te houden, omdat de rappala naar een meter of 5 diepte gaat en veel weerstand veroorzaakt. Enfin na 5 minuten een ruk aan de hengel, ik denk 75 meter lijn door de slip (ik trolde al zo’n 75 meter achter de boot, 15 minuten drillen en Chai sloeg met een vreselijk haak een enorm gat in de rug van een joekel van een king macrel en trok hem zo in de boot. 11 kilo hebben we later gewogen in het dorp. Dit is heel groot. Meestal worden ze niet groter gevangen dan 8 kilo en een hele grote kan misschien 15 kilo worden. Wat een prachtige vis. Het was nog even een gevecht met Mai, want die wilde na de aanbeet meteen de hengel uit mijn handen trekken. Afblijven en wegwezen heeft ie denk ik wel begrepen. Meteen nadat ik de rappala opnieuw in het water gooide, was het weer raak. Een king macrel van ongeveer 3 kilo. Mooie foto van de grote en ik had een topdag. Op de terugweg zagen we nog een rare vis springen. Dit bleek een vliegende stingray te zijn. Nooit van gehoord.
Ondertussen zitten we op Koh Bulon-Leh. Een mooi en lief eilandje maar behoorlijk saai. Bulone resort is ons door iedereen aangeraden. Good for families (alsof je geen lol mag hebben als family). Een mooie tuin met roze bloemen en hele lieve mensen die je helpen.
Heb gevist vanuit de kano en mijn hengel gebroken. Ik zat vast aan een steen, liep te klootzakken, trok te hard en knap.
Jan heeft gisteren midden in een restaurant gepoept. Hij had diaree en het was behoorlijk vies. Het was zo’n restaurant waar mensen met kleedjes op de grond zitten en hij poepte in zijn onderbroek ongeveer 1 meter van het kleedje van andere gasten. Het kwam er aan alle kanten uit. Vanavond heeft ie eerst in de kinderstoel geplast en vervolgens een hoop gelegd een stukje verderop in het restaurant. Hier was een betonnen vloer en was het minder erg. Ik ben benieuwd wat er nog gaat komen. Eergisteren hoorde we ineens een paar flinken kletsen. Jan stond te vechten met een Amerikaans jongetje om een stukje speelgoed en had als eerste uitgehaald. Die 2 mannetjes stonden elkaar vol in het gezicht te slaan. Wel even schrikken dat het zo’n driftig mannetje is en dat ze elkaar zo hard slaan. Even gekeken hoe het met het andere jongetje was, excuses aangeboden, praatje met de vader en stiekem toch een beetje trots dat ie lekker van zich afbijt. Ze hebben toch op Bush gestemt die Amerikanen.
Er moet weer wat actie komen. Duiken, vissen, zwemmen, beetje fitness.
Thaien zijn erg OK. Zeker niet onderdanig zoals in de hotels en resorts in grote steden en de overontwikkelde toeristenplekken. Ze lachen veel, gaan lekker liggen als ze niet werken, maken tijdens het vissen veel flauwe grappen (dit is dus cultuuronafhankelijk), zijn homovriendelijker dan in Nederland (veel homo’s hier) en drinken ook gewoon een gezellig biertje (ook de moslims). Alles gaat heel makkelijk. Je kan alles regelen, eten en drinken wanneer je maar wilt. Betalen doe je ook maar waneer het uitkomt en je moet je vooral niet druk maken. Het lijkt of die Thaien het best goed hebben hier, maar er is heel veel werkeloosheid en armoede.
Tot nu toe hebben we in ieder resort een Gerhard gezien. Ongeveer 50 jaar, luie enigszins arrogante uitstraling en een boek. Ik ben benieuwd of ze een soort vereniging hebben en of ze elkaar eens in de zoveel tijd ontmoeten.

C: donderdag 15 maart vanuit Koh Mook/ Muk
Nee, dat was geen goede beslissing om van Koh Bulone naar Koh Sukorn te gaan. Wat een baggerplek was dat. Volgens de gids was het een uiterst prettig klein resort, gerund door een Nederlander met z’n Thaise vrouw. Niets van waar, er was niets prettigs aan en die Nederlander was een enorme eikel. We kwamen aan op een strand met zwart zand. Het resort zag er erg georganiseerd uit door de te nette tuin en er zaten eigenlijk alleen maar bejaarden boeken te lezen aan tafels met kleedjes. We kregen een welkomsdrankje aangeboden, maar er werd duidelijk bepaald dat we dat snel op moesten drinken en dat onze gegevens ook als de wiedeweerga ingevuld dienden te worden op het toegeschoven formulier. Vervolgens werd het huisje laten zien en een standaardriedel afgestoken hoe het allemaal werkte. Toen ’s avonds de ongeinspireerde en sjachrijnige ober na 1 rustig rondje van Jan en Marie door het restaurant (niks chiques overigens) kwam meedelen dat kinderen er niet mogen lopen, laat staan spelen, toen dachten we meteen: wegwezen hier. Dat vonden ze maar vreemd, ook nadat ik de reden had uitgelegd. We hebben ’s avonds wel een grappige ontmoeting gehad met 2 behoorlijk maffe gepensioneerde Nederlanders die een fietstocht van 1,5 jaar aan het maken zijn. Huis verkocht en fietsen maar. Ze hebben er nu 18.000 kilometer opzitten. Die man leek trouwens als twee druppels water op opa Leo, ook in manier van doen, humor etc. Ik voelde me erg opgelucht toen we de volgende ochtend vroeg weer in de longtailboot stapten voor een tocht van 2,5 uur naar Koh Mook. De verhalen over dat eiland waren zo verdeeld dat we er nieuwsgierig naar waren geworden en het is het eiland van de grot, daarover later meer. Nu zitten we dus in Koh Mook en het bevalt goed: mooi eiland, charmant huisje, goede sfeer, ernaast een slecht resort met wel een waanzinnig lekker zwembad (met onderwaterbarkrukken!!) dat we mogen gebruiken, en die grot dus. Daar zijn we vanmorgen met de boot naar toe gebracht. Vervolgens zijn Bob en ik om de beurt met een gids meegegaan. De grot is zo’n zeventig meter lang en redelijk smal en heeft een paar bochten. Daardoor is het er op sommige plekken pikdonker. De gids leidt je al zwemmend de weg doordat je allebei een zwemvest vasthoudt. Na die zeventig meter kom je uit op een smalle open plek met een prachtig klein strandje, waar verder niks of niemand is. Er wordt gedacht dat piraten er vroeger tijdelijk hun buit opsloegen. Het open strandje is nog niet zo lang geleden ontdekt tijdens een helicoptervlucht. Ik ben blij dat we het hebben gezien, het was een bijzondere tocht en het voelt alsof je een net ontdekt paradijsje hebt gevonden. Wel grappig om te weten dat groepen Thai deze tocht maken door met zwemvesten aan met z’n allen een touw vast te houden en dan heel hard roepen ‘I will succeed!’. Ja, zo kan het natuurlijk ook.
Marie en Jan zijn ondertussen echte waterratten geworden. Vandaag hebben we de hele dag lopen rotzooien in het zwembad. Jan springt steeds van de kant, klimt er weer op en springt dan weer. Maakt niet uit of ie plat op z’n buik terechtkomt. En hij stopt flink lang z’n hoofd onder water. Af en toe speelt ie in z’n eentje vier op een rij aan de bar, op z’n onderwaterbarkruk. Marie is met het serieuze werk bezig en dat gaat fantastisch: zwemmen zonder kurkjes, duiken van de kant, onderwater zwemmen, snorkel pakken van de bodem. Daar krijg ik een trots gevoel van. Marie vindt het ook erg leuk om engels te leren. Ze bestelt regelmatig kopjes koffie voor ons, ijsjes en misschien nog veel meer en telt in het engels. Vanavond stelde ze voor om Nederlands te leren aan de mensen van het resort. Terwijl Marie bezig is met taal, zoekt Jan iedere avond de maan voor ons en de sterren erbij. Als ie zich lekker voelt, gaat ie zingen. Hij pakt bekende liedjes en rommelt wat met de tekst. Marie bedenkt zelf liedjes die meestal over mooie prinsessen gaan die dood zijn maar weer wakker worden gekust door een prins.
Vanmiddag ben ik in het dorp geweest. Dat was best ver lopen en ik denk dat het zeker 35 graden was. Ik kwam een bord tegen waarop stond dat het water hier door de tsunamie 2,5 hoog het dorp was binnengekomen. Er worden veel nieuwe huizen gebouwd op het moment. Het is een mooi eiland. Ze moeten hier wel iets bedenken voor het afval. Je ziet veel grote bergen afval liggen in de bossen en soms ruik je het ook sterk. Dat is geen pretje. Op de terugweg kon ik met iemand van het personeel van ons resort meerijden op z’n brommer. Morgen ga ik weer 2 duiken maken. Bob overmorgen. We blijven hier nog minimaal vier nachten.
B. 17 maart vanuit Koh Mook/ Muk
Ik heb vandaag gedoken. Ik had er niet zo heel veel vertrouwen in dat het geweldig zou worden. Die zee hier is niet zo heel helder als dat ze in de boeken doen geloven. Er is een meter of 10 tot 15 zicht in plaats van 30 meter. Hier denkt met dat het komt ondat de temperatuur van het water iets is gestegen en het zuurstofgehalte wat minder is geworden. Maar we zijn met z’n drieen (Eva de gids, Matt en ik) gaan duiken bij Ko Wan. Het was fantastisch. De eerste duik 15 meter zicht, een tocht onder water langs poorten van zachtkoraal, waanzinnige scholen met oranje visjes, een slapende leopard shark van 2 meter, een grouper van een meter met een bek als een bankschroef, een school van enkele honderden yellow fin barracuda’s van allemaal ongeveer 80 cm, een nog grotere school baby barracuda’s van 20 cm per stuk van het soort dat 2 meter kan worden, meerdere lion fishes etc. De tweede duik hebben we minder vis gezien, maar de duik was heel spannend. Aan de andere kant van het eiland is jaren geleden een soort aardverschuiving geweest waardoor er onder water een doolhof van grotten, tunnels en canyons is ontstaan. We zwommen door tunnels van ongeveer 10 meter waar we net doorheen pasten en aan het eind was het net of je weer in een nieuwe helverlichte ka

mer kwam met andere kleuren en andere vissen. Je moet hier niet claustrofobisch zijn. Wel nog een kreeft gezien.
Morgen nog een dagje relaxen bij het zwembad, daarna richting Ranong en het eiland Koh Phayam. Dit wordt wellicht ons laatste eiland voor we naar Bangkok gaan. Nu gaan we eerst uitzoeken hoer we daar eigenlijk moeten komen.

vrijdag 9 maart 2007

dinsdag 6 maart 2007

B. 1 maart, Koh Lipe
Het wordt saai, Ja. Koh Lipe licht helemaal in het zuiden en dan ook nog een kilometer of 70 de zee in. Een mooi begin om via de eilanden weer langzaam naar boven te hoppen. De hard core travelers raadden ons dit eiland af omdat het verpest is. Daar hadden we nou net zin in. Het is helemaal gezellig hier. Zand dat lijkt op witte poedersuiker, koraal voor de deur, longtail bootjes die af en aan varen, 2 barretjes en 3 restaurantjes links, 3 barretjes en 2 restaurantjes rechts met natuurlijk veel Bob Marley en Bob Dylan. Een echt Bob eiland zou ik zeggen. Gisteren in de Love & Peace Bar een beetje dronken geworden met Helmuth (Duitsland), Miele (Finland) en Peace (de nickname van de barman, die vindt dat War niet goed is). Miele liet een foto zien van een haai van 4 meter die hij gisteren tijdens het duiken had gezien. Gaat het toch gebeuren. Morgen of overmogen ook maar eens kijken. Eerst mijn hengeltje maar eens proberen vanuit een kajak. Want daar is nog niets van terecht gekomen. Heel, heel goed hier. Gisteren heb ik een soort grote koraalforel gegeten van een kilo op de BBQ. Jongejonge wat een consumenten zijn we hier. Geweldige vis. We slapen in een piepklein bungalowtje aan het strand in Pink Resort. Dat doen we 3 dagen en daarna gaan we poepchique 10 meter verderop in een grote dubbele aircon strandbungalow voor nog eens minimaal 5 dagen bij Lipe Resort. Nu is het hier 10 voor 2 in de middag. Jan ligt in bed te slapen, Marie slaapt in de hangmat aam de rand van het strand, Claartje is even naar het dorpje en ik zit lekker muziek te ontdekken en luisteren op mijn laptop. Arjen bedankt nog. Jan is er ondertussen achter dat als ie zijn voorhuid maar vaak genoeg beweegt, z'n piemel 2 maal zo groot wordt. Daar is hij dan heel trots op en hij laat het aan iedereen zien. Marie vind het ook een heel bijzonder gebeuren.

C: maandag 5 maart
Ik zit in een prachtige bar aan m’n derde gin tonic. De bar is zo mooi dat ik denk dat ook hier een reistijdschrift een mooie foto shoot van zou kunnen maken. We hebben het wederom erg goed hier. Eergisteren ben ik een dagje gaan duiken. Eerst een uur of wat varen en dan duiken vanaf de boot. We hebben twee duiken gemaakt., Rond volle maan is er altijd meer stroming en dat heb ik geweten. Op een gegeven momen viel er niet tegenop te zwemmen. Het zicht onder water viel wat tegen. Er zit tegenwoordig een hoop stof in het water. Ze weten niet wat het is, mogelijk vrijgekomen dynamietdeeltjes van het vissen in Sunatra. Tijdens de eerste duik veel onderwatergroenten gezien zeekomkommers, een soort bloemkolen en rode kolen en natuurlijk heel veel vissen en dieppaarse zeesterren. Vervolgens met de boot verder naar de tweede duikplaats. In het water zwom een joekel van een kwal met ons mee. Machtig om te zien vanuit de boot, liever niet vanuit het water. Die tweede duik vond ik fantastisch door een schildpad die uiterst ontspannen langs kwam zwemmen. En daar had ik al op gehoopt. Weer een dier dichtbij me gehad waarvan ik het gevoel heb dat ie bijna de laatste op aarde is. Op de boot zat een meisje die haar rescue duikexamen moest doen. Op een onverwacht moment moest onze duikinstructeur zogenaamd bewusteloos zijn en wij moesten wat neppaniek veroorzaken. Was grappig. De dag erna ging Bob duiken en die kwam gedesillusioneerd terug. Bijna geen zicht en lelijke duikplekken bezocht. Oke, dat weten we dan ook weer. Niet duiken rond volle maan. Over een paar dagen gaan we het weer proberen. Vandaag heb ik een kayak gehuurd om met mijn snorkel naar een strandje te gaan. Leuk om te kanoen in je eentje. Het is zo mooi hier. Het water is helder, lichtblauw- groen. Soms lijkt het alsof het regent, maar dan zijn het honderden visjes die uit het water springen. Op het strandje aangekomen merkte ik dat ze het gebruiken om vuilnis te dumpen, dus ben ik maar weer verder gegaan. Op een ander strandje heb ik wel kunnen snorkelen. Na mijn contact met een grote kwal ben ik maar snel gestopt. Wel gek dat de kwal en ik elkaar raakten, maar dat hij me niet heeft gebeten. Lucky me! Na dit avontuur ben ik snel weer weggegaan met de gele kayak. Helaas kwam er net een longtail boot langs, die iets meer golven veroorzaakte dan ik had ingeschat. In vol ornaat sloeg ik om. Toch lekker dat er geen bekenden op het strandje waren. We slapen sinds twee nachten in het mooiste huis van dit eiland. Heerlijk! Misschien ben ik toch een beetje een luxepoes. Marie en Jan vinden het ook erg aangenaam. We zetten vaak een muziekje aan en dan beginnen ze lekker te dansen. Daar hebben we zo´n mooi filmpje van, kijken of we dat op YouTube kunnen zetten. Of ze zitten uiterst geconcentreerd aan een tafeltje met klei te spelen of met een autootje. Oei, Marie´s bloemenglitterslippertjes zijn kwijt. Hoe gaan we dat brengen. Ik heb al her en der nagevraagd, maar niemand die ze heeft gezien.

B. 6 maart, Koh Lipe, fishing update
Van de week een paar uurtjes gevist vanuit een kinderkanootje met een krokodillenkop. Ik heb een spinhengeltje van ongeveer 1 meter 20 en een paar lepeltjes. Geweldig gekanoot, achter elkaar aanbeten van grote gepen die er steeds na 1 minuut afvlogen. Haak te groot of niet goed aangeslagen? Wie weet. Daarna een king macrel eraan van ongeveer 60 cm. Wat een sport. Die heb ik eigenlijk gevangen en op schoot gehad in de kano. Helaas na het onthaken, sprong ie van mij schoot weer terug in het water. Je zit ook wel een beetje te kloten in zo’n bootje. Peddels op schoot, tas tussen je benen, hengel in één hand en bijna de haak in je andere hand en best wat golven op zee. Maar het was mooi. Weer niks gevangen dus.
Vandaag had ik afgesproken om op de Chao Lee manier king macrel te gaan vissen vanuit een longtail boot. Dit is toch een soort tonijnachtige die hier soms wel 15 kilo wordt. Dit betekent eerst met een lijn vol haakjes, lood en witte eendekont veertjes aasvisjes vangen en dan met deze vissen trollen. Mijn Chao Lee, Narid, was alleen vergeten de rest van de uitrusting mee te brengen. Ze blowen heel veel hier. Toch maar gaan trollen met mijn minihengeltje en veel te kleine lepels. 3 grote gepen (lag toch aan een te zachte aanslag), een mooie Jack Fish van 50 cm, 2 kleinere makreelachtigen en nog iets zilvers. Heerlijke middag en de Jack Fish hebben we vanovond van de BBQ gegeten. Verse vis. Ik weet nu hoe het werkt hier en ga nog één dag vissen. Vissen is toch leuker dan duiken. Ik heb een duik gehad met 2 meter zicht. Dat is echt knap hier. Vissen voor de grote jongens. Dat betekent grote blauwe rappala’s met rode koppen en stevigere hengels. Er zijn hier hier geen hengelzaken. De kroeg in en lenen dus.

dinsdag 27 februari 2007




C: vrijdag 23 februari Koh Jum
We hebben weer eens een paradijsje gevonden op het eilandje Koh Jum. Mooi huisje aan het strand in een prachtige tuin. We voelen ons hier allemaal erg op ons gemak. Op zich is dat vreemd, want om de zoveel honderd meter staat een bord om ons te waarschuwen voor tsunamigevaar. Ook dit eiland is getroffen, maar het resort waar wij zitten heeft weinig te verduren gekregen. Op weg naar het dorpje word je ook meerdere keren gewezen op een evacuatieroute mocht de pleuris weer eens uitbreken. Gelukkig heb ik iemand in Nederland die voor me bidt. Het doet allemaal nogal onwerkelijk aan. De beelden die ik nog in m’n hoofd heb na de tsunami hebben niets te maken met wat ik hier aantref. De natuur is mooi, de sfeer is ontspannen, Cat Stevens op de achtergrond en de Thaise vrienden van Koos Koets zitten regelmatig te blowen aan de bar.

Vanavond zijn we naar een restaurantje gelopen waar je lekker vis kunt eten. Onderweg hoorden we geritsel in de palmbomen en vlogen er opeens een paar apen over. Dat vind ik toch weer erg bijzonder. Ik had niet verwacht dat apen nog zo dicht bij de mensen leven. Op het strand stuit je af en toe op een kwal en er zitten heel veel kleine krabbetjes. Die krabbetjes graven kleine gaatjes in het zand door kleine balletjes te maken en die weg te gooien. Dat levert mooie patronen op rond zo’n holletje.

We hebben twee leuke Nederlanders ontmoet, Peggy en Marcel uit de Hoeksewaard. Ja, Goidschalkxsoord is ook hier bekend. Morgen gaan we met hen met een boot op pad om te snorkelen. Ben benieuwd wat het morgen voor weer is. Vandaag heeft het flink geregend met een hoop donder en bliksem. Dat is niet normaal voor de tijd van het jaar. Als ik hier twee weken had gezeten had ik me behoorlijk belazerd gevoeld, maar als je drie maanden hebt is zo’n buitje eigenlijk wel lekker.

B. ook vrijdag
Koh Jum, oftewel Koh Jam oftewel Koh Pu is goed toeven. Het strand is niet zo wit als elders, de zee is niet blauw maar groen, maar de sfeer is erg OK. Joy bungalows is net een groot Blues Cafes met de hele avond lekkere muziek. Het leuke hier is dat er meerdere plekken zijn om te eten en dat er op een kwartiertje wandelen over een paadje door de jungle een klein dorpje is met lekkere hele primitieve restaurantjes en een paar winkeltjes. Heb daar een wit linnen socio shirt gekocht. Minder warm en ik kan het hebben hoor die hippiekleren. Vandaag zijn we daar gaan eten en met de taxi in het donker terug door de jungle gegaan. Dit betekent een hele oude ronkende Kreidler (maar dan Honda) met zijspan waar wij met z’n vieren inzitten door een heel donker bos op een glad en bobbelig paadje. Het viel mee. Ik hoefde maar één keer uit te stappen om te duwen. Heel spannend voor ons en de kinderen vonden het geweldig. Marie heeft me al een paar genante momenten bezorgd. Zij vind het leuk om op willekeurige momenten langs te lopen, in mijn piemel te knijpen, ding dong te roepen en heel hard te gaan lachen. Dan sta je daar te praten met een paar Zwiters, Zweden, Duitsers, etc. Sta steeds behoorlijk voor lul en maak het allemaal erger als ik er iets tegen probeer te doen. Er staat nu een hele lekkere CD op “Be Calm” van een zangeres waar we de naam niet van konden verstaan “iets van morebee, volgens Claartje”. Kopen of rippen dus. Begin zo langzamerhand wel een paar ongemakken te krijgen. Sneetjes in mijn voeten, met hand tegen een boom geleund en hierdoor ongeveer 30 splintertjes die ontsteken, weer een dikke elleboog en af en toe enorme zin om er even tussen uit te breken. Hier heb je geen werk, school en crèche die ervoor zorgen dat je elkaar een beetje ruimte geeft. Het is best lastig om hier wat ruimte voor elkaar te regelen aangezien er geen leuke kinderjuffen zijn. Komt goed hoor. Morgen gaan we snorkelen bij Bamboo Island. Dit ligt vlakbij Phi Phi Islands en schijnt helemaal geweldig te zijn. En als het goed is ga ik de dag erna een ochtendje vissen.

C: maandag 26 februari
Dit is onze laatste avond hier. Het begint weer te kriebelen. Morgen gaan we met de longtail boot terug naar Krabi waar we een nachtje blijven ( in dat hotel met die chagrijnige wijven, maar met zwembad), en van daaruit door naar zuidelijke eilanden alwaar ons door the rough guide schildpadden, dolfijnen en wat al niet meer worden beloofd. Dat wordt duiken! Waarschijnlijk wordt het Koh Mook, Koh Soturn en Koh Bu Lae. Eergisteren hebben we een snorkeltrip gemaakt naar Bamboo island (geen bamboe gezien) en Mosquito island (ook geen muggen gelukkig). Er tegenover ligt Koh Phi Phi. (Eigenlijk waren we wel nieuwsgierig naar dat eiland, maar teveel mensen hebben het ons afgeraden. Het barst er van de dikke dronken engelsen en die kan ik natuurlijk ook gewoon op de Wallen tegenkomen als ik dat zou willen.) Het snorkelen was prachtig. Mooi koraal en enorm veel verschillende vissen waarvan ik de namen allemaal niet weet. Eerlijk gezegd had ik verwacht dat het snorkelen wat tegen zou vallen door de schade die de tsunami aangericht zou hebben. Althans, zo is me dat bijgebleven van de berichtgeving toen. Niks van gemerkt gelukkig. Marie vond het wat te eng omdat je omringd wordt door vissen die zeker geen zachte kusjes geven, maar best een stevige bite hebben. Ben stevig verbrand merkte ik tijdens de boottocht. Dat is ook niet zo verwonderlijk want die zon schijnt ondertussen lekker door. Ik zie mensen de hele dag fanatiek bakken. Onbegrijpelijk dat je dat kan volhouden.
Een bericht voor Peggy en Marcel: met de nest jonge honden gaat het goed volgens de Italianen. Ook de zwakste van het stel maakt het uitstekend. (Van de lokale bevolking moeten dieren het niet hebben. Een man hier is buddist, die ontfermd zich over de honden. De rest is moslim en schijnt zich mede daardoor niet veel aan te trekken van dieren. Weer wat geleerd.) Om even bij de dieren te blijven; we zien af en toe kleine ratjes stoeien op het dak van het restaurant. In ons huisje tref ik soms wat aangevreten brood aan. Ik vind het niet erg. Ratjes kan ik wel hebben. Sommige gasten liggen er wakker van. Zolang ik nog geen superspinnen ben tegengekomen is er niets aan de hand. We hebben het hier erg lekker gehad, prima huisje met eigen hangmat. Af en toe maakt Bob een kokosnoot voor de family klaar. Helemaal Expedition Robinson! Ook de kinderen vonden het fantastisch hier. Die lopen de hele dag in hun nakie: beetje zwemmen in de zee, schommelen, kwartetten, eten, elkaar achterna rennen in de tuin, veel liedjes zingen, de welverdiende rust van backpackers verstoren, kleuren en soms wat spelen met andere (duitse) kinderen. Ze zien er lekker bruin en een tikje verwilderd uit.

Mijn observaties over de Thai: ze zijn alles behalve opgefokt, nog geen opgestoken middelvinger in het verkeer gezien, ze kunnen niet rekenen (zelf voor de som 100 minus 50 wordt de zakjapanner er nog bijgehaald), er wordt over het algemeel beroerd engels gesproken, ze doen alsof ze je begrijpen, maar ze snappen er eigenlijk niets van, als je je camera ergens laat liggen komen ze je achterna rennen, ze dragen graag gele poloshirts en laten daarmee hun liefde voor het koningshuis zien die echt diep zit. Misschien niet netjes om de denken, maar ik vind veel mensen nogal dom overkomen. Ze hebben geen benul van de wereld, van ontwikkelingen in hun eigen land lijkt wel.

maandag 19 februari 2007

C: donderdag 15 feb, laatste avond Chiang Mai
Het zit er weer bijna op in Chiang Mai, een grote drukke levendige stad. Leuk om gezien te hebben, maar zee in de buurt en een kleiner stadje is wat meer ontspannen denken we. We hebben natuurlijk wel een paar trekkers van het gebied eromheen meegepakt, zoals een olifantenkamp, een orchideeentuin (maak me gek!), een vlindertuin en last but not least een apenshow. De natuur is erg mooi hier. Onze privechauffeur Singh (in vroegere tijden een monnik) heeft ons naar al deze bezienswaardigheden gereden. Het was een heel vriendelijke man, die al snel toch wat op de zenuwen begon te werken. Hij noemde alles op wat je zelf ook kunt zien. De olifantenshow was erg leuk, wat zijn het toch prachtige dieren. Verder niks zachts en knuffeligs aan, dat heb ik zelf kunnen ervaren tijdens een innige omhelsing met een olifantje. Op het moment supreme moest het beestje niezen, dus m’n outfit van die dag is rijp voor de stomerij. Maakt niet uit, ik vond het een bijzondere ervaring. Het was al met al een enorme toeristische kermis, maar het olifantenkamp was uiterst smaakvol aangelegd in een prachtig stukje jungle. De show zelf was niet verpest door snelle grappen, eerder een beetje jaren ‘50 traag en charmant. We hebben gezien dat olifanten goed kunnen voetballen, zichzelf kunnen natekenen, dansen en mondharmonica spelen. De kinderen zaten te schateren op de tribune, mits de dieren op flinke afstand bleven.

De vlindertuin en de orchideeentuin waren verrassend in die zin dat ik niet wist dat orchideeen hangend groeien en dat er in de vlindertuin helemaal niet perse vlinders hoeven te zitten. We hebben welgeteld 1 dode vlinder gezien. Volgende keer maar naar Artis. Nee, dan die bak vol schorpioenen, waar Marie doodleuk haar hand in stak. Kortom, na 5 minuten stonden we weer buiten de hekken. Meneer Singh bracht ons naar de apenshow. Dat was pas een trieste bedoeling. Harde muziek op, een dame die met monotone stem door een microfoon roept wat het aapje gaat doen terwijl aapje helemaal geen zin heeft in een potje basketballen, zwempartij of fietsronde. Snel wegwezen en weer naar het hotel om de oververhitte De Boersjes wat af te laten koelen.

Vandaag zijn we veel rond het zwembad gebleven, dat vonden Marie en Jan eigenlijk het lekkerst. Af en toe een duik nemen, wat kleuren in een boekje en verder heel veel boterhammen met chocoladepasta eten. Vandaag hebben ze voor het eerst lekker samen gezwommen en gerotzooid in het water. Ik ben trouwens blij dat we flink wat vitaminepillen voor ze hebben meegenomen. Marie eet eigenlijk wel goed, maar Jan bakt er niks van. Die heeft al een tijd geen groente, fruit, vlees of vis aangeraakt. Z’n menu bestaat uit brood, koekjes, chips en ijsjes. Ik ga nu niet de strenge moeder uit zitten hangen, omdat hij pijn in z’n mond heeft en ik er geen strijd van wil maken. Jan is nog steeds niet helemaal de oude, maar hij drinkt verder goed en heeft te veel lol voor een echte zieke. Voor de zekerheid ben ik vandaag op zoek gegaan naar nog wat extra paracetamolzetpillen voor hem. Ik heb twee keurige dames in apothekersjas helemaal uit hun doen gebracht door om zetpillen te vragen. ‘ Oh no no, we don’t do that in Thailand! I am sure you won’t find them in this country.’ Die hebben vanavond weer een mooi verhaal voor thuis.

C: maandag 19 februari vanuit Krabi
Donderdagavond hebben we in een luxe tent gegeten aan de rivier van Changmai. Stijlvol ingericht met mooie lampionnen en lekker eten alsof je aan de Amstel zit te dineren. Door de live muziek wordt het dan opeens toch van der Valk terwijl iedereen daar heel hip zit te wezen. De rit er naar toe was enerverend. We gingen met de tuktuk en werden gebracht door een man die de wereld niet helemaal begreep en die een tuktuk had die ook niet door de Thaise apk zou komen. Bij sommige bulten in de weg dacht ik dat ie in tweeen zou breken. Hij begreep dus echt niet waar we moesten zijn en reed ons heel ver een slechte hoogbouw wijk in. We begonnen ons flink te ergeren en zijn maar uitgestapt. Daarna bij een tuktuk ingestapt die het tegenovergestelde was. Doelgericht en retesnel bracht hij ons in z’n mooi opgepoetste stalen ros naar onze bestemming. Maar Jesus, wat ging dat hard! Ook niet zo relaxed dus. Vrijdag zjjn we in het leuke stadje Krabi aangekomen. Tip van Erik. Het hotelletje (KrabiLoma) is op zich prima, met een heerlijk zwembad, maar het personeel is strontchagrijnig voordat je uberhaupt al iets hebt gevraagd. Niks geen Thaise glimlach. Sinds vrijdag heb ik een stevige griep te pakken, die gelukkig wel al wat afneemt. Beetje vreemd om het heel koud te hebben terwijl je weet dat het 32 graden is ofzo. Ik vermoed dat Marie het van me heeft overgenomen, want die ligt nu met koorts in bed. Ja, we zijn lekker bezig. Jan daarentegen is vandaag juist helemaal in z’n element. Zelden zo’n vrolijk mannetje gezien. Werkt erg aanstekelijk op de Thaise bevolking. Hij moet erg lachen om z’n eigen grappen. Als ik dat brutale bekkie zie, krijg ik sterk het vermoeden dat we later een intensief contact met de rector gaan krijgen.

B. Ook maandag.
Krabi is wat kleiner dan ik had verwacht. Eerder een dorp dan een stad. Vanavond hebben we heerlijk gegeten op een eetmarktje bij de pier; kip, varken en rund op de BBQ. Niet vergeten buiten te eten want hier krijg je het allerlekkerste vlees. Ik snap niets van de tarieven in Thailand. Wat duur is in het ene stadje is weer goedkoop in het andere. De meeste Thaien werken gelukkig met vaste tarieven (of ik ben een hele slechte onderhandelaar). Je ziet in ieder geval dat veel redelijk goed georganiseerd is. Het is niet zo dat wanneer je het ene bootje te duur vind je gewoon een ander neemt. Er is één kartel van boten die de passagiers eerlijk verdelen.
Morgen gaan we weer naar een eiland Koh Jum. We zijn bij het strand op het vaste land geweest bij Krabi (tussen oost en west Railey Beach). Alhoewel het erg mooi was met mooie waanzinnige rotspartijen, was het qua drukte net scheveningen. Wegwezen naar de eilanden dus. Ze zeggen dat Koh Jum het Koh Phi Phi van 15 jaar geleden is. Ben benieuwd. We hebben in ieder geval één nacht geboekt bij Joy’s Bungalows. Het schijnt dat je daar kan vissen op grote Stingrays en Barracuda’s!!!!!!!!!!!!!